×

Jos Dumont is tijdens de Algemene Leden Vergadering op zaterdag 21 september gekozen in het bestuur van de Limburgse Schaakbond. Hij behartigt voortaan de jeugdzaken.

Allereerst: we wensen onze nieuwe jeugdleider heel veel succes in zijn nieuwe job.

Natuurlijk willen we graag weten wie hij is, wat hij doet en wat zijn plannen zijn.

We stellen hem hier voor aan de hand van 8 vragen.

1. Eerst even over jezelf. Wat we weten, is: je bent 50 jaar, vader van een zoon (Ties), woonachtig in Bocholtz en lid van SV Voerendaal. Wil je nog iets kwijt?

"Oh ja, natuurlijk. Ik ben dit jaar 26 jaar getrouwd met mijn vrouw Christine. Ik werk bij Kivit Staalbouw BV in Elsloo. Daar ben ik technisch tekenaar en ben verantwoordelijk voor het ICT beheer. In mijn vrije tijd bak ik heel graag. Vlaaien en ander gebak en de laatste jaren ook veel brood. Van het bakken van een mooi desembrood kan ik echt genieten. Dan kom ik tot rust."

2. Je hebt een schakende zoon, Ties. Is dat zo vader zo zoon?

"Niet bepaald. Natuurlijk kan ik wel wat schaken, maar van Ties kan ik al jááren niet meer winnen. Daar zijn we dus ook maar mee gestopt. Ik weet niet meer of mijn vader of ik zelf hem de eerste zetten geleerd heb. Maar weet wel dat toen hij 3 of 4 jaar was, Ties al op de computer schaakte. In Windows zat toen standaard een schaakspel bij Ontspanning."

3. Hoe ben je ‘in het schaken’ gerold?

"Zelf heb ik alleen in mijn tijd als tiener geschaakt. Tegen vrienden. En naderhand tijdens mijn militaire dienstplicht. Ik heb nooit bij een club geschaakt. Een schaakleerling in Stap 3 zal normaal gesproken van mij winnen. Ik heb overigens ook helemaal niet de ambitie om beter te worden."

4. Je bent actief bij SV Voerendaal. Welke functie(s) heb je bij de club?

"In 2013 hebben we voor Ties een club gezocht. Dat werd toen SV Kerkrade. Door het bezoeken van schaaktoernooien hebben we andere kinderen en hun ouders leren kennen. Enkele daarvan kwamen ook uit Bocholtz en schaakten bij SV Voerendaal. Na de zomer van 2014 besloten we naar SV Voerendaal te gaan. Omdat ik de afstand van Bocholtz naar Klimmen (waar SV Voerendaal het clublokaal heeft) te ver vond om 2 maal heen en weer te rijden bleef ik tijdens de les wachten."

"Aangezien het een relatief grote groep kinderen was, bleek al snel dat wat helpende handjes wel makkelijk waren. Dat begon met het helpen opzetten van borden en stukken. Maar voor ik er erg in had was ik de website aan het bijhouden en zat ik bij Boris Friesen in de cursus voor schaaktrainer 1. Dat ging overigens best goed en sindsdien geef ik les aan de beginnende schakertjes. Dat begon met één meisje, maar inmiddels heb ik vijf kinderen in mijn groepje, variërend in leeftijd van 5 tot 8 jaar. Deze leeftijd is voor sommige echte schakers soms te druk. Ik vind dit net een leuke leeftijd al is het soms best pittig. Als kinderen zo jong zijn is het het belangrijkste dat ze de les leuk vinden. Hetgeen ik in de cursus geleerd heb, helpt mij hier echt bij. Een van de ouders van de andere schakers ondersteunt me regelmatig. Dan kunnen we het groepje splitsen. Ik laat Ties zoveel mogelijk toernooien spelen en gun dat anderen ook. Ik ben altijd opzoek naar toernooien die niet te ver weg zijn en stimuleer bij de club dat er zoveel mogelijk naar toernooien gegaan wordt."

"Bij SV Voerendaal hebben we tussen de 15 en 20 jeugdleden. We proberen de jeugd zo veel mogelijk bij de activiteiten van de vereniging te betrekken. Als ze wat verder zijn doen ze ook mee in de LISB-competitie. Zo bestond team Voerendaal 4 vorig seizoen uit 4 jeugdleden en 2 volwassenen. Ze behaalden een nette 3e plaats in klasse 2B. Ik was de (niet spelende) teamleider. Voerendaal 5 bestond helemaal uit jeugdleden. Zij speelden in de 3e klasse. In dit jaar hebben we weer 8 jeugdspelers in de LISB-competitie."

5. Je bent de nieuwe jeugdleider van de LiSB. Heb je jezelf aangeboden? Of ben je gevraagd?

"Ik ben gevraagd. Dat was tijdens een overleg over de website. Ik wist natuurlijk wel dat de LiSB al enkele jaren om een jeugdleider verlegen zat. Dat vond ik een gemis. Ik had ook al langer ideeën over wat er in mijn ogen mis (of niet helemaal goed) ging. Nadat men mij vroeg, heb ik er wel nog enkele weken over nagedacht en met enkele personen overlegd. Uiteindelijk realiseerde ik me dat dit wél een kans was om er iets aan te kunnen doen."

6. Je springt in een gat, want er is een paar jaar geen LiSB-jeugdleider geweest. Heel fijn dat je deze taak op je neemt. Hoe zou je je taak willen omschrijven?

"Ik zie het als mijn belangrijkste taak om de mensen die wekelijks in hun vrijetijd bezig zijn om kinderen hun mooie hobby te laten uitoefenen, te ondersteunen. Ze bij elkaar te brengen. Ze van elkaar te laten leren. Wat werkt wel? Wat werkt niet? Om ervoor te helpen zorgen dat de initiatieven die er zijn en waar mensen veel tijd aan besteden ook kans van slagen hebben. Duidelijke communicatie is hierbij het sleutelwoord."

7. Wat vindt je hoe het jeugdschaak in Limburg er voorstaat?

"Ik heb een hele periode gedacht dat het jeugdschaak in Limburg een verloren zaak was. Elk Jeugd Grand Prix toernooi dat ik met Ties bezocht, leken er weer minder deelnemers te zijn. Soms zo weinig dat het niet door kon gaan. Dat is jammer. Want als er weinig deelnemers zijn, is er niets aan. De spelers die er wel waren, komen het jaar erna ook niet meer. Bij SV Voerendaal zijn we een andere weg ingeslagen. Door tijdig te beginnen met de organisatie, veel reclame te maken. Bijvoorbeeld door te flyeren op andere toernooien. En ons ook te richten op de grensregio nam bij ons het aantal deelnemers van het SAMSAM-toernooi weer toe. Met in 2017 59, in 2018 60 en dit jaar 56 deelnemers gingen we tegen de trend in."

"In Blerick hebben ze wat dat betreft ook de juiste richting gevonden. Het koningstoernooi trok dit jaar maar liefst 79 deelnemers! Dat biedt hoop voor de toekomst. Ook het initiatief van Arjan Smit, de euregio-cup in Zuid-Limburg en aangrenzende grensstreek toont aan dat er toekomst zit in het jeugdschaak. Na een voorzichtige start in het eerste jaar zijn we afgelopen zondag 22 september begonnen met het 4e seizoen van de Euregio-jeugdwedstrijden. Tijdens de zeven toernooien in Nederland, Duitsland en België spelen soms tot 60 kinderen mee. Een fantastisch resultaat dat mij deed inzien dat op dit gebied nog vanalles mogelijk is."

8. Wat wil je als eerste gaan doen of aanpakken?

"Eigenlijk wil ik met twee zaken zo snel mogelijk aan de slag. Ik was al begonnen met de verenigingen met jeugdleden een bezoek te brengen. Ik wil de mensen leren kennen (velen ken ik overigens al) en zien hoe ze hun jeugdbeleid aanpakken. Op die manier kan ik de oren en ogen van het bestuur zijn."

"Het tweede kortetermijnplan is om de verenigingen die een van de Jeugd Grand Prix-toernooien organiseren samen te brengen en te kijken hoe we de successen die sommige verenigingen boeken kunnen overbrengen naar de overige toernooien. Ik ben ervan overtuigd dat van een goed draaiende Jeugd Grand Prix ook het Persoonlijk Jeugd Kampioenschap van Limburg kan profiteren."